Cor Werweij
INLEIDING

De laatste dagen van de Duitse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog bracht ik door op ’t Spieker in Zuuk bij het gastvrije gezin van Wolter en Helena Beumer. Bij mijn pleegouders aan de Horsterbrug1) was op dat moment de situatie te gevaarlijk geworden. Onder de brug lagen springladingen, en in en om het huis bevonden zich terugtrekkende Duitsers en verzetsstrijders, geen prettige combinatie. Zo is het Zuuker Spieker door de oorlogsomstandigheden een merkteken in mijn leven geworden.
Enige tijd terug sprak ik met de huidige bewoner van ’t Spieker, Evert Beumer2), over de geschiedenis van zijn huis. We hadden veel vragen, maar nog geen antwoorden: Waar komt die naam vandaan? Wie waren de bewoners in de loop der jaren? Staat de boerderij er al lang? Is er op deze plaats al eerder een boerderij met die naam geweest? We hadden veel vragen, maar zoals gezegd geen antwoorden.
DE NAAM ’T SPIEKER

Om met de eerste vraag te beginnen: Waar komt die naam vandaan? Destijds vond ik ‘Spijker’ voor een boerenbehuizing maar vreemd. Daarbij zag ik over het hoofd dat het niet ‘de’, maar ‘het’ Spieker is. Maar als dertienjarige had je in die woelige tijd wel wat anders aan je hoofd om je druk over te maken.
Voor de oorsprong van het woord ‘spieker’ komen we terecht bij de Romeinen. Het heeft niet van doen met ‘spijker’, maar is afgeleid van het Latijnse woord spicarium, de opslagplaats voor spica (korenaar). In zijn meest eenvoudige vorm bestond zo’n spieker uit ingegraven palen en een tasvloer. De palen werden vaak voorzien van kragen om muizen en ratten te weren. Het geheel werd afgedekt met een kap van stro of riet. Spiekers waren op vele plaatsen te vinden, maar leven nu voornamelijk nog voort in de namen van gebouwen, straten en dergelijke (Het
Spijkerkwartier in Arnhem, theater ’t Spieker in Eibergen en Zorgcentrum Spiker
in het Friese Ternaard zijn daar voorbeelden van). Het Duitse woord Speicher voor
schuur is ermee verwant.
Voedsel, zoals graan en boekweit, was kostbaar en moest niet alleen tegen ongedierte en slecht weer worden beschermd, maar ook tegen rondtrekkende bendes. Dus werd om een spieker een gracht gegraven en werden er versterkingen aangebracht. Zo ontstonden er aantrekkelijke plaatsen om te wonen. Een mooi voorbeeld daarvan is ’t Olde Spieker op het landgoed Molecaten in Hattem.
BEWONERS VAN ’T SPIEKER
Wie waren de bewoners in de loop der jaren?
In zijn boek Veldnamen en oude boerderijnamen in de gemeente Epe noemt D. Otten twee spiekers in de gemeente: die in Vaassen aan de Sluisweg en die in Zuuk. Zo woonde in 1687 ene Willem Aerts ‘op ’t Spikker’, maar het is niet duidelijk om welk spieker het hier gaat.
De boerderij in Zuuk – nu woonhuis na het beëindigen van het agrarisch bedrijf – is gebouwd in de jaren vijftig van de negentiende eeuw; de schuur is van 1888.
In het kadastrale minuutplan van Epe en Oene 1811-1832 staat echter al ‘het Spijker’ ingetekend. Deze boerderij lag waarschijnlijk iets noordoostelijk van de huidige bebouwing en is mogelijk door brand verwoest. Na het overlijden van de toenmalige eigenaar Gerrit Bibo op 7 augustus 1836 werd er een beschrijving van zijn nalatenschap opgemaakt. Huis en erf bleken toen 6 roeden en 30 ellen te beslaan, de tuin 32 roeden en 60 ellen.

Een andere aanwijzing voor een vroeger Spieker in Zuuk is te vinden in Omschrijving van het dorp Epe in het jaar 1797. Daarin is opgenomen een lijst met inkwartieringen van onder andere de staf van ‘de 5e halve brigade’. Hier valt te lezen dat Lubbert Gerbrigs ‘opt Spijker’ twee man onderdak moest verlenen.
Dan is er nog de Lijst van Heerdsteden 1749, met daarin ‘Carspel Epe Zuijcker Gilde’. Daarin is sprake van een barbier die met zijn vrouw ‘op een Spijkertje woont, geaccordeert met de pagter’ volgens het boek. Deze keer dus ‘een’ Spijkertje, en het is maar de vraag of het hier ‘onze’ Spieker betreft. Het is niet ondenkbaar dat destijds meer boeren een spieker hadden.
Ook in een van de tynsboeken van de Gelderse Rekenkamer is steun te vinden voor het bestaan van een eerdere boerderij ’t Spieker. Daarin heeft men het in 1793 over ‘de voorste weide bij ’t Spieker’ in Zuuk.
De hiervoor genoemde Lubbert Gerbrigs siert zich bij naamsaanneming in 1812 – net als zijn kinderen Lubbegjen, Teuntjen, Gerbrig, Peter en Hendrikjen – met de achternaam ‘van het Spijker’. Voor Gerbrig was dit blijkbaar nog even wennen, want toen hij op 2 mei 1817 in Nunspeet trouwde met Gerritje Jans Rekers, werd hij ingeschreven als Gerbrig Lubbertsen van Spijkeren.
De volgende bewoners van ’t Spieker zijn Gerrit Bibo en Janna Gerrits Bijsterbosch met hun acht kinderen. Gerrit is geboren op 18 november 1781 en hij overlijdt op 7 augustus 1836 in Zuuk. Janna leeft van 12 juli 1784 tot 18 maart 1859.
Dochter Willemina Bibo trouwt op 24 april 1841 met Jan Vosselman Bosch. Zij worden na een boedelscheiding in 1860 de nieuwe eigenaren van ’t Spieker, waar zij ook een bakkerij met winkel drijven. Op de luchtfoto is goed te zien waar de winkeldeur heeft gezeten.

Het goed gaat vervolgens over naar mr. Jacobus van der Feltz, burgemeester van Voorst en rechter. Op 22 februari 1892 vestigen Evert Jan Beumer en zijn vrouw Gerdina Bloemkolk zich, komend vanuit Voorst, op de boerderij. Vijf van hun zes kinderen worden er geboren. Nog altijd wordt ’t Spieker door nakomelingen van
Evert Jan en Gerdina bewoond.
ONTSTAANSGESCHIEDENIS VAN ’T SPIEKER
Staat de boerderij er al lang? Is er al eerder een boerderij met die naam geweest? De zoektocht naar de geschiedenis van het Zuuker Spieker is hiermee nog niet ten einde. Een interessante vraag is blijven liggen: was het huis ooit de woonplaats van de grondbezitter waar de pachters hun huur in natura kwamen voldoen en waarvoor een gezamenlijk spieker nodig was?
In dat geval moet de stichting van dit spieker verder terug worden gelegd dan de achttiende eeuw. In de late middeleeuwen is men namelijk opgehouden met het voldoen van de pachtsom met gewassen en levende have. Dat de naam van de opslagplaats is overgegaan naar de boerderij lijkt ook niet zonder betekenis, evenals de aanwezigheid van een schaapskooi (zie foto), die wellicht diende om ook schapen van de buurt onder te brengen. Genoeg vragen voor een vervolgonderzoek.
NOTEN
- Zie ‘Denkend aan Oene’, in: Ampt Epe 190, december 2012.
- Evert Beumer is helaas op 22 mei van dit jaar, na een ziekbed, op het Spieker overleden.